Fr. Lars Messerschmidt
Vicar General van de Katholieke Kerk in Denemarken
Vassula en Kardinaal Ratzinger
Op 10 juli 2004 stuurde de prefect van de Congregatie voor de Geloofsleer, Kardinaal Ratzinger, een brief aan een aantal bisschoppen over hetzelfde oordeel van diezelfde Congregatie over Vassula Rydén. Zij bezocht van 2 tot 11 oktober 2004 een aantal Scandinavische landen.
Een korte presentatie van Vassula voor degenen die haar niet kennen: Zij is in 1942 in Egypte geboren uit Griekse ouders die behoren tot de Grieks-Orthodoxe kerk. Na haar huwelijk met een Zweedse man, reisde ze over de wereld. Ze behoorde tot de hogere sociale klassen. Ze was geen praktiserende Christen. In 1985, toen ze in Bangladesh woonde, ontmoette ze God op een bijzondere manier. Dit was het begin was van een diepgaan Christelijk leven. Jezus trad echt haar leven binnen en zij begon haar dagelijkse gesprekken met Hem op te schrijven. Vassula hoort Jezus’ stem, maar het ongebruikelijke aan deze communicatie - die tot op de dag van vandaag voortduurt - is dat Jezus tegelijkertijd haar hand leidt, d.w.z. Hij schrijft zijn boodschappen door haar hand te gebruiken. Dit is zeer duidelijk zichtbaar in de handgeschreven manuscripten die zijn gepubliceerd. Verschillende gerenommeerde theologen hebben over dit handschrift geschreven, dat als een fenomeen op een aantal punten verschilt van het zogenaamde "automatisch schrijven". Sindsdien reist ze de wereld rond en evangeliseert ze op basis van haar geschriften die de naam True Life in God - Waar Leven in God - dragen.
Op 6 oktober 1995 gaf de Congregatie voor de Geloofsleer een ‘kennisgeving’ in reactie op vele Katholieke bisschoppen en gelovigen die hadden gevraagd om leiding. De Congregatie voor de Geloofsleer besloot toen de gelovigen te waarschuwen om Vassula ‘s geschriften niet als bovennatuurlijk te beschouwen. Ook trok ze bepaalde dogmatische uitdrukkingen in haar boeken in twijfel. De kennisgeving veroorzaakte een storm van protest van bekende theologen die overtuigd waren van de authenticiteit van de geschriften.
De laatste paar jaar heeft er een intensieve briefwisseling plaatsgevonden tussen de Congregatie voor de Geloofsleer en Vassula. Dit resulteerde in een document aan een aantal bisschoppenconferenties die met name hun bezorgdheid hadden geuit en over het oordeel van de Congregatie over Vassula opheldering wensten. Het document is ditmaal ondertekend door Kardinaal Ratzinger zelf. Hij stelt in de brief dat Vassula in haar antwoorden aan de Congregatie, gepubliceerd in deel 12 (de handgeschreven editie) van Het Ware Leven in God, "nuttige verduidelijkingen heeft verschaft over haar huwelijkssituatie, alsmede rond enkele moeilijkheden die, in de bovengenoemde kennisgeving, naar voren waren gebracht ten opzichte van haar geschriften en van haar deelname aan de sacramenten".
Deze verklaring lijkt wat kortaf, maar, uitgaande van de kennisgeving van 1995, betekent dit niettemin dat de Congregatie tevreden is met haar antwoorden en niet langer vasthoudt aan de dogmatische reserves tegen haar. Het is begrijpelijk dat de Congregatie zich onthoudt van de conclusie of zij al dan niet het instrument van God is; zij laat het over aan de individuele bisschop, priester of gelovige om hun eigen oordeel te vormen. Er wordt enkel in het document gezegd dat bisschoppen, indien nodig, aanwijzingen moeten geven voor het oecumenisch gebedsgroepen die Vassula organiseert.
Een overvloed aan getuigenissen, van verschillende denominaties en zelfs van niet-Christenen, wijst erop dat mensen tot een werkelijk en diep geloof in Christus zijn gekomen door het lezen en luisteren naar Vassula en haar geschriften te lezen. Jezus zegt dat spirituele zaken moeten worden beoordeeld naar hun vruchten. Dat de vruchten van Vassula ‘s activiteiten goed zijn, staat buiten kijf, maar verder dient iedereen zelf te onderscheiden of zij wel of niet tot één van de instrumenten van Jezus Christus behoort. Op basis van de korte brief van Kardinaal Ratzinger is het nu zonder enige twijfel dat Katholieken met een zuiver geweten Vassula als door God gezonden kunnen beschouwen. Natuurlijk staat het iedereen vrij om dit niet te doen, maar het is niet langer mogelijk om dogmatische gronden te gebruiken om haar te verwerpen. Om spirituele zaken te beoordelen moet men luisteren naar zijn of haar hart. Vrijheid en respect voor elkaars mening zijn geboden als het gaat om verschijningen en profetieën.
20.10.2004
Fr. Lars Messerschmidt De Katholieke Kerk in Denemarken
|