Fr. Prospero Grech, OSA
Adviseur van de Congregatie schrijft een brief aan Vassula namens de CDF die "de vijf vragen" stelt
Collegio Sta Monica, Rome
4 april 2002
Geachte Mevrouw Rydén,
Op 6 juli 2000 richtte u een brief aan Zijne Eminentie Kardinaal Ratzinger betreffende de ‘Notificazione’ van de Congregatie voor de Geloofsleer in verband met uw geschriften. Zijn Eminentie heeft nota genomen van brief en samen met zijn medewerkers besloten u de gelegenheid te geven de betekenis op te helderen van enkele verklaringen die uw publicaties bevatten. Voor dit doel ben ik afgevaardigd om met u persoonlijk contact op te nemen zowel in gesprek als schriftelijk, zodat de Congregatie een duidelijk beeld kan krijgen van de nauwkeurige uitleg van deze verklaringen. Ik wens vanaf het begin duidelijk te maken dat u, Daar u Niet Rooms-katholiek bent, niet valt onder de jurisdictie van de Congregatie en dat het niet gaat om een persoonlijke berisping. Hoe dan ook, daar veel Katholieken ‘Waar Leven in God’ volgen, hebben ook zij er recht op te weten waar zij staan betreffende punten van geloofsleer en praktijd die worden opgeroepen door uw geschriften. Wij zijn ook op de hoogte van uw werken van naastenliefde, uw inspanningen om Christenen tot eenheid te brengen met de bisschop van Rome, van uw grote devotie tot de Heilige Maagd Maria, van uw vorstelling van God als de God van Liefde, zelfs tegenover niet-Christenen, en van uw strijd tegen rationalisme en ontaarding van Christenen. Ook in uw latere boeken schijnen enkel meerduidige uitdrukkingen te zijn weggelaten die uw eerdere boeken bevatten. Dit niettegenstaande zou ik dankbaar zijn als u kunt antwoorden, zo duidelijk mogelijk, op enkele vragen, om de Congregatie te helpen een duidelijker idee te verkrijgen over wat u doet.
- U weet zeer goed dat ervoor zowel Katholieke als Orthodoxe gelovigen slechts één Openbaring is, die van God in Jezus Christus, die vervat is in de Heilige Schrift en in de Traditie. De binnen de Katholieke Kerk aanvaarde ‘privé’ openbaringen, zoals Lourdes en Fatima, zijn, hoewel serieus genomen, geen onderdeel van geloof (d.w.z. dat geen Katholiek verplicht is daarin te geloven. Noot van de vertaler). In welke betekenis, daarom, beschouwt u uw geschriften, en hoe zouden ze door uw toehoorders en lezers worden aanvaard?
- U behoort tot de Orthodoxe Kerk en roept dikwijls priesters en bisschoppen van dat geloof op om de Paus te erkennen en vrede te sluiten met de Kerk van Rome. Om die reden bent u helaas niet welkom in sommige landen van uw eigen overtuiging. Waarom aanvaardt u deze zending? Wat is uw idee over de bisschop van Rome en wat verwacht u voor de toekomst van de Christelijke eenheid? Men krijgt soms de indruk bij het lezen van uw werken dat boven beide Kerken staat zonder aan één van beide te zijn verplicht. Bijvoorbeeld, het schijnt dat u de Communie ontvangt in zowel de Katholieke Kerk als in de Orthodoxe Kerk, maar dat u in uw huwelijkse status de gewoonte volg van oikonomia. Zoals ik reeds heb gezegd zijn deze opmerkingen net bedoeld als een persoonlijke terechtwijzing, daar wij absoluut niet het recht hebben te oordelen over uw geweten, maar u begrijpt ons belang omtrent uw Katholieke volgelingen die mogelijk deze houdingen uitleggen op een relativerende manier en in de verleiding komen de orde van hun eigen Kerk te veronachtzamen.
- In uw eerdere geschriften was, zoals opgemerkt in de ‘Notificazione’, enige verwarring over de terminologie met betrekking tot de Personen van de Heilige Drie-Eenheid. Wij zijn er zeker van dat u de onderrichting van uw Kerk onderschrijft. Denkt u ons te kunnen helpen om deze uitdrukkingen te verduidelijken? Als het gaat om zaken van het geloof zou het dan niet nuttig zijn de officiële terminologie te volgen van de standaard Catechismus om verwarring te vermijden in de geest van de lezers van ‘Waar Leven in God”?
- Er zijn ook wat moeilijkheden met betrekking tot protologie en eschatologie (leer over de uitersten). In welke betekenis heeft de ziel een ‘visioen van God’ voordat de ziel in het lichaam is ingestort? En hoe voorziet u de plaats van het Nieuwe Pinksteren binnen de geschiedenis van verlossing in relatie tot de wederkomst van Christus op het einde van de tijden en de verrijzenis van de doden?
- Wat is de ware identiteit van de ‘Waar Leven in God’ beweging en wat verlangt ze van haar volgelingen. Hoe is ze gestructureerd?
Geachte Mevrouw Rydén, het spijt ons u lastig te vallen met deze vragen, maar blijft u ervan verzekerd dat wij uw goede werken en bedoelingen waarderen. Maar in antwoord op uw brief aan Kardinaal Ratzinger voelden wij ons verplicht enkel dubbelzinnigheden in uw geschriften te verduidelijken, die u mogelijk zijn ontgaan. Wij zijn dat schuldig aan uw Katholieke lezer die mogelijk in conflict zouden kunnen komen met hun geweten bij het volgen van uw geschriften. Neem alstublieft uw tijd om te antwoorden; het zou beter zijn als u en ik elkaar zouden kunnen ontmoeten en enkele informele gesprekjes zouden kunnen houden voordat u iets op papier zet.
Bid dat de Heilig Geest u moge verlichten, en raadpleeg een geestelijk leider of theoloog die u kunt vertrouwen. Wij zijn er zeker van dat onze vragen ook u zullen helpen de diepere stilzwijgende gevolgtrekkingen van uw geschriften te begrijpen om ze meer aanvaardbaar te maken voor zowel de Katholieke als de Orthodoxe gelovigen. Ik zal persoonlijk tot uw beschikking staan om hun betekenis te verduidelijken.
Zijne Eminentie zendt u zijn groten en vertrouwt erop dat u een bevredigend antwoord zult geven om zijn taak te verlichten van het gehoor geven aan de vragen in uw brief.
Met vriendelijke groeten in Christus,
Fr Prospero Grech, OSA
Adviseur van de Congregatie
|