Ik Heb Jou Onderricht Gegeven In Byzantijnse Spiritualiteit
5 februari 2004
dochter, Ik heb je gewikkeld in een gewaad van licht om deze generatie Mijn Heerlijkheid te tonen; heb je niet gelezen dat Ik de winden gebruik als boodschappers en hun vurige vlammen als dienaren? een enkele dag in Mijn hoven, een paar druppels van Mijn Bloed op hen, een enkele blik van Mij en een zegening met gewijde olie en ze zijn bereid en stevig als een rots om uit te gaan om Mijn Woord te richten tot de wereld; de gemeenschap der heiligen in de hemel vergezelt hen om hun voeten te versnellen; Ik, Ikzelf, weid hen terwijl Ik ons verhaast op de weg die we moeten gaan; ah, Vassula, Ik ben de Verrijzenis en het Leven; alles wat Ik je in geschreven vorm heb gegeven is een schitterende bron die lichaam en geest, ziel en hart zuivert en schoonmaakt van teer en roet. Ik, de Christus, heb de macht om je hele wezen te transformeren van duisternis in licht.
de afgelopen achttien jaar heb Ik tot je gesproken in je hart door de macht van de Heilige Geest; Mijn Barmhartige Odes die in zich mystieke openbaringen en onderrichtingen bevatten, zijn voor jou en voor deze verschrompelde generatie; ze zijn een geschenk van de Vader, van Mij en van de Heilige Geest. We spraken niet op een wijze zoals filosofen spreken, maar zoals vrienden doen; de schat die Ik je heb geopenbaard in deze boodschappen ben Ik Zelf… Mijn dochter, Ik had je in het begin van Mijn oproep gevraagd haast te maken en te rennen naar je broeders en zusters om deze goddelijke schat, waarin Ik Mijn Heerlijkheid en Barmhartigheid openbaar, met hen te delen; Ik had je gevraagd iedereen op te roepen, ongeacht wie zij waren of tot welke belijdenis zij hoorden, en hen op te wekken uit hun slaap; sommigen, zoals je gezien hebt, antwoordden Mij met grote ijver, zelfs bereid om een ascetisch leven te beoefenen; anderen echter zijn er niet in geslaagd Mij te begrijpen en wezen Mij zonder reden af en beïnvloedden ook anderen uit hun omgeving; Ik heb jou, Vassula, ook onderricht gegeven in Byzantijnse spiritualiteit, hoewel zelfs degenen die zeggen Mij te aanbidden en zichzelf Byzantijnen noemen, zichzelf graag beroofden van het stappen in de palm van Mijn Hand en Mij te erkennen vervolgens wezen ze Mijn zegen en Mijn genade botweg af… ze beweren dat zij alles weten maar ze weten niets…
Mij ontmoeten, wanneer Ik Mijzelf manifesteer door Licht, is een wonder; niets is onmogelijk voor God; dus jij[1], broeder van de Oosterse Kerk, Ik vraag je:
- kan Ik, als God, mijn mysteries ontvouwen aan de mens als Ik dat wens?
- kan God Zichzelf in jouw tijden manifesteren aan een mens door een straal van goddelijk Licht en kan deze mens dit ontvangen door genade?
- je schrijft de ware godsdienst toe aan de Orthodoxie; heeft de Orthodoxie dan ooit de mogelijkheid afgewezen van goddelijk onderricht dat aan de mens wordt gegeven door het Licht van de Heilige Geest?
- zeg Mij, Mijn vriend, wat is de top van het mystieke leven waar je over spreekt? is het niet de intieme en persoonlijke ontmoeting met Mij, de Christus?
- kan men Mijn Kennis[2] waarnemen op eigen kracht? nee, inderdaad, nee, Mijn Kennis wordt alleen waargenomen door het licht van het Kruis dat alle dingen die onzichtbaar zijn voor de ogen, zichtbaar maakt en lichtend; het is slechts door het Oog van jouw verlossende instrument dat men alles kan zien wat het in zich bevat.
- wat is het dan, Mij te kennen en Mij te begrijpen? en wat is de relatie tussen God en mens?
- kan Ik, als de Christus, de volheid van Mijn genade toekennen aan degenen die oprecht genade zoeken?
- je hebt dagelijks vele taken vervuld, maar Ik zou oprecht willen dat je toevlucht vindt in Mijn Hart, je rust vindt in Mij, je God…
- kan Ik, als God, in deze bedroevende tijden Mijn verdriet laten blijken aan de mens, en aan wie Ik wil, en met hem mijn zorgen delen?
- misleid jezelf niet door te zeggen: “het is onmogelijk voor een eenvoudig mens om de schat van de Heilige Geest te verwerven!” wie ben jij om Mij te oordelen? wat is stof om Mij te provoceren? Ongetwijfeld, iedereen zal op het einde worden geoordeeld en rekenschap moeten afleggen voor alles wat hij gedaan heeft of niet gedaan heeft.
- heb jij, die Mij onderzoekt, Mij ooit geproefd zoals David?[3]
- ben je er zeker van Mij te bezitten en toch herken je Mij niet in Mijn spreken?
- leer te zeggen: “Ik heb geleerd hoe God te bezitten, Hij die mij heeft grootgebracht heeft Zichzelf aan mij bekend gemaakt, hoewel Hij nooit Zijn transcendentie verloor! Hij die alle dingen overstijgt, bezit mij ook en heeft nu, in mijn niets zijn, alle dingen in mij opgedragen om te zijn overeenkomstig Zijn goddelijke Wil…” dan, na dit gezegd te hebben, moet je Mij zeggen, Mijn vriend, hoe het is om Mij ontdekt te hebben in jezelf? hoe was het om de Sluier van de Bruidegom te hebben opgelicht en Mijn Godheid te ontdekken? sta dan de Heilige Geest toe in je binnen te stromen met Zijn Licht en je ziel in een Kathedraal te veranderen!
- kan iemand, terwijl hij nog op aarde is, de onuitsprekelijke en zuiverste deugd bereiken van de onaandoenlijkheid zonder dat Ik hem heb bezocht door Vuur?
- en wanneer Ik inderdaad door een stad[4] ben gegaan, zou dat onopgemerkt blijven? of zou Mijn doorgang niet de hele stad in vlam zetten?
- heb je niet eerder gelezen dat Ik Mijn volk kan leiden en Mijn Wil kan openbaren zonder dat ik daarvan een mens verwittig?
- is het kwaad wanneer de Bruidegom naar deze generatie komt om zielen dichter te trekken naar de vlammen van de Liefde van Zijn Hart en hen in Mij te verbergen om hen in staat te stellen te regeren met Mij, hun God? Ik vraag je plechtig, wat heb je gedaan met de Schriften? zijn zij geen weerspiegeling van Mij? hoe kan het dan, als je zegt de Schriften te kennen, dat je Mij niet herkent in dit werk? hoe kan het dat je zo gemakkelijk de waarheid tegenspreekt?
- kan een mens die geestelijk dood is de Schriften begrijpen en ze in praktijk te brengen, tenzij hij levend is? als een mens de Schriften begrijpt en Mijn uitspraken die Mijn beeld weerspiegelen, dan zou hij niet zeggen: “de Schriften en de uitspraken van de Kerkvaders zijn genoeg voor mij…”
in deze tijden van genade presenteer Ik Mijzelf als Barmhartigheid; Ik ben niet gekomen om iets nieuws toe te voegen, of om de Schriften en de Traditie van Mijn kerk tegen te spreken, noch ben Ik gekomen om een nieuwe Kerk op te richten; maar Ik ben gekomen om Mijn schepping te vernieuwen en de dode zaden op te wekken tot een Leven in Mij; Ik ben gekomen om Mijn Kerk, die Ik heb gekocht met Mijn Eigen Bloed, mooi te maken, te verrijken en haar te vullen met goddelijk Licht; Ik ben gekomen met Barmhartigheid om Mijn Kerk te verenigen; leer dat alles onder Mijn Scepter is;
ic.
[1] De Heer gaf me een specifieke naam van een priesterziel die in de V.S. leeft en behoort tot de Grieks Orthodoxe Kerk
[2] Wijsheid
[3] David van de Psalmen
[4] Een metafoor: onze Heer bedoelt “ziel”
|