Ik Was En Ben Nog Steeds Je Leraar
5 januari 2006
Ik heb nu, na al die jaren die zijn voorbij gegaan geen twijfel dat Uw Woord O Heer tot mij is gekomen;
ja, Heer, door een zwak schepsel die, door Uw Macht en Gezag er in slaagde om Uw Woord door te geven aan anderen…
U hebt, op zo’n onuitsprekelijke wijze, aan mij Uw Heiligheid en Uw Wil geopenbaard;
U hebt mij Uw Woord toevertrouwd om de naties te herinneren aan hun plichten jegens U, en om aan elk wezen over te brengen dat U hen allen roept om zich met U en met hun broeders te verzoenen; U hebt mij gezonden om naties terug te brengen naar gehoorzaamheid en liefde,
U hebt mij gezonden naar Uw herders om de kerken tot berouw te brengen over de zonde van de verdeeldheid en zich met elkaar te verzoenen en zich te verenigen; een uiterst moeilijke taak, boven menselijke capaciteit; want alleen al deze Boodschap neemt de vorm aan van een reeks bedreigingen;
wie van hen aanvaardde nederig Uw verwijten? wie, zeg me Heer, van deze regerende machten hebben zich klein gemaakt en geluisterd? weeg Uw volk, Heer… beoordeel hen… wie staat tot nu toe aan Uw kant? Ik word veracht door de mijnen [1] wanneer ik Uw Woord over Eenheid overbreng;
ja, Mijn Vassula, de duivel houdt hen gescheiden; wees echter in vrede en wees geduldig… profeteer aan Mijn volk en raak nooit ontmoedigd; maak Mij niet verdrietig; je weet nu dat Ik grote dingen kan doen! wees opgewekt! herinner je eraan dat Ik je Leraar was en nog steeds ben en dat Ik je zalfde; de zalving die Ik je gaf opende het oog van je ziel en onderwees je alles wat je moest leren; je bent gezalfd met de Waarheid en zoals het jou geleerd is, zo zal het ook aan anderen worden geleerd; Ik sta er om bekend machtige koningen te hebben neergeslagen, beroemde koningen; Ik zal Mijn bloem altijd weggrissen van je onderdrukkers; en Ik zal je voorzien van een Geest van Sterkte; blijf dus in Mij waar je het leven verkrijgt in Mij; de Hemel is zo onuitsprekelijk in schoonheid, Mijn kind; je zult in de Hemel in Mij leven; in volheid…
… en God zal om mij heen zijn, in mij en geheel over mij, binnen mij en buiten mij;
de Hemel is licht te zijn en te leven in het Licht en één te zijn met het Licht…
geabsorbeerd en opgelost in het Licht… en bestaan, zijn…
alles in het Licht, alle wereldse zaken, alles van het verleden en het heden, en alle gedachten in ons zijn vergeten, uitgewist, niet bestaand, en zijn in plaats daarvan vervangen door onuitsprekelijke fascinerende zoetheid van God en een immense vreugde van de ziel, een vrijheid van geest, een dorst om voortdurend te blijven genieten van deze vertroostingen en gunsten die God alleen en enkel God in Zijn Goddelijke omhelzing aan een ziel kan geven;
geen wonder dat degenen die een ervaring hadden van buiten hun lichaam te zijn en God hebben gezien, zelfs Hem voor slechts een fractie van een seconde hebben aanschouwd, niet terug wilden naar de aarde!
nu weet ik dat ik U bezit zoals U mij bezit en al deze heerlijkheden die ik ervaar in Uw Aanwezigheid door U worden gegeven, Minnaar van de mensheid! dit is een leven te leven voorbij het zijn, een leven in eeuwigheid, een leven dat de rest van de wereld verlicht;
alles dat Ik je in overvloed heb geleerd, is gegeven om niet; dit alleen is voor jou voldoende… Ik heb je Byzantijnse onderrichtingen geleerd op een vaderlijke manier om je in Mij op te nemen; Ik heb je levendige beelden gegeven [2] van het verleden en de toekomst; Ik heb je door genade Mijn Hart geopenbaard en toegestaan dat je haar slagen telde; Ik heb een einde gesteld aan je opstandigheid en je in Mijn Hart gebracht om daarin te vertoeven; slachtoffer van Mijn Ziel, beweeg in Mij, adem in Mij, leef in Mij; het Woord woont nu in je hart en dit overweldigt Mij met vreugde! jij bent tenslotte het werk van Mijn Handen en Ik heb je gevormd zonder enige inspanning; Ik liet je reizen langs glooiende wegen, maar dit is de manier waarop Ik,[3] ja, Mijn vrienden behandel; wees Mijn harp en verruk Mij met je uitdrukkingen; gezegende van Mijn Ziel, uitdrukkingen die je van Mij hebt geleerd; onthoud Mij je hand en je tijd niet; Ik, de Heer zegen je… ic
[1] de meerderheid van de Grieks-Orthodoxe clerus
[2] visioenen
[3] hier wist ik wat Hij zou gaan zeggen…
|